Obelisk – Gedenknaald – Pilotenweg
In de Noordoostpolder staan zo’n 15 herdenkingspalen die de plaats markeren van een in de tweede wereldoorlog neergestort vliegtuig.
Daar heeft dit monument niets mee te maken.
Dit monument herinnert aan de landbouwvlieger August Willem (Guus) Hamming die met zijn sproeivliegtuigje, een Taylorcraft Auster AOP Mk V op deze kavel (NH28) is neergestort.
Hij was bezig met het besproeien van een aangetast koolzaadveld. Het toestel vloog vrijwel direct in brand.
Hij was 35 jaar oud en liet een vrouw en twee kinderen achter.
Hamming vloog eerder bij de militaire luchtvaart in Indonesië. (toen nog het Nederlands Indië)
De ontwerper van dit gedenkteken was tevens de opvolger van de heer Hamming. Zijn naam was Eric de Lyon
Ook hij was vlieger bij de KNIL en heeft 10 jaren onterecht in de gevangenis gezeten.
Zijn Majoor, dhr Spoor wilde een voorbeeld stellen om de discipline in het squadron te herstellen en heeft drie militairen ‘geslachtofferd’. Het is tot op de dag van vandaag nooit rechtgezet.
In de gevangenis heeft Eric de Lyon zich ontpopt als een getalenteerde houtsnijder en kunstenaar.
En heeft dus ook dit monument ontworpen.
Op het bronzen bord bij dit gedenkteken staat de tekst:
Hier viel op 5 juli 1950 bij de vervulling van zijn taak de landbouwvlieger August Willem Hamming.
Op een zijkant van de obelisk hangt een plaquette met de vliegtuigmotor en korenaren, gemaakt door de zoon van Eric de Lyon.
Zijn naam is Erick de Lyon (1954)
Deze plaquette heeft vele jaren gemist en is in 2023 opnieuw gemaakt en geplaatst.
A.W.Hamming
is geboren op 26 mei 1915 in te Klaten bij Djokjakarta op Midden-Java
Hij was als piloot in dienst van het Ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening.
Hij werkte mee aan een onderzoek naar de inzetbaarheid van vliegtuigen bij de bestrijding van plantenziekten in de land- en tuinbouw.
Om halftwee in de middag van 5 juli 1950 was hij bezig met het besproeien van een door een schimmelziekte aangetast koolzaadveld.
Het vliegtuigje dat hij bestuurde, een Auster, stortte neer op de kavel aan de Pilotenweg en vloog vrijwel direct in brand.
Piloot Hamming kwam daarbij om het leven. Hij was 35 jaar oud en liet een vrouw en twee kinderen achter.
Hamming kreeg zijn vliegopleiding in 1939 bij de militaire luchtvaart in Indonesië. (Toen nog het Nederlands Indië)
Tijdens de inval van Japan in Nederlands Indië maakte hij verscheidene vluchten.
Na de capitulatie werd hij gearresteerd. In 1945 werd hij in Singapore bevrijd.
Een jaar later kwam hij naar Nederland terug. (Bron: Leeuwarder Courant 6 juli 1950)
Eric de Lyon
was de ontwerper van het gedenkteken en tevens de opvolger van de heer Hamming.
Eric de Lyon was vlieger bij het 18de squadron van het Koninklijk Nederlands Indisch Leger (KNIL),
Hij heeft een deel van zijn leven onterecht in de gevangenis gezeten.
Zijn majoor S.H. Spoor wilde een voorbeeld stellen om de discipline in dit 18de Squadron te herstellen en heeft samen met Sergeant-majoor/monteur Adriaan Albert Scholte de drie militairen ‘geslachtofferd’
Eric de Lyon werd in 1942 veroordeeld tot 20 jaar gevangenisstraf.
De Lyon heeft zich in de gevangenis ontpopt als een getalenteerde houtsnijder en kunstenaar.
Op 30 april 1950 werd de ex-piloot op voorspraak van de directeur A.B.R. Jansen en met bemoeienis van Koningin Juliana in voorlopige vrijheid gesteld. (gratie)
Vanaf 1951 gaat Eric Lyon als piloot in dienst van het Ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening.
In 1976 overlijd Eric de Lyon tragisch op 60 jarige leeftijd.
Zie ook:
De Colombo Tragedie Levens van drie jonge bekwame oorlogsvliegers voorgoed verwoest
en de website www.blokhuispoort.nl
Opknapbeurt
Dochter Minouche Hamming en haar man Henk van Soest bezochten in juli 2022 het monument van hun (schoon)vader.
Zij waren geroerd door de QR sticker op het monument en de aandacht via deze website.
Omdat het monument in verval was geraakt, heeft de gemeente Noordoostpolder geholpen met het opknappen.
Op 24 april 2023 is het monument in bijzijn van familie, bekenden, wethouder, Omroep Flevoland en ondergetekende, (Evert de Graaff van deze website) opnieuw onthuld.
De aandacht maakte kennelijk wel wat los. Twee weken later verscheen een ingezonden artikel van iemand uit Lelystad in De Noordoostpolder.
Uiterst informatief natuurlijk, ondanks een paar foutjes:
- De Pilotenweg droeg voor deze crash niet de naam Zuiderringweg, maar Westerweg. De Zuiderringweg ligt bij Ens.
- En Prins Bernhard schrijf je met een h.
De al eerder verdwenen plaquette met de vliegtuigmotor en korenaren, gemaakt door de zoon van de eerste beeldhouwer de Lyon is opnieuw gemaakt en gegoten.
De plaquette met de tekst is meegenomen om op te knappen en er een afdruk van te maken als reserve.
De QR code van emmeloord.info werd opnieuw geplaatst.
Op 24 april 2023 hebben zij samen met Erick (zoon van) de Lyon en Marcella Marinelli van de gemeente Noordoostpolder het in ere herstelde monument opnieuw onthuld.
Pilotenweg toeval ?
Dat is inderdaad toeval. Tot 1951 was de naam van deze weg ‘De Westerweg’. In 1951 heeft De directie van de Wieringermeer (Noordoostpolder-werken ) een aantal naamsveranderingen doorgevoerd. (zie krantenartikel) De nieuwe namen houden o.a. de herinnering aan de oorlogstijd levend.
Er was al een vliegtuigweg. Waarom dan ook nog een Pilotenweg.
NB. De naam Vliegtuigweg is enkelfout. Dit in tegenstelling tot Onderduikersweg, Polenweg, Wrakkenweg etc.
De naam Vliegtuigweg verwijst dus naar één specifiek vliegtuig, naar een heel specifiek vliegtuig,
de B-17G-20-DL 42-37950 Flying Fortress ‘Dinah Might’.
Toch heeft het wel een grotere symbolische waarde gekregen, als we letten op het tweede deel van de toelichting die de al genoemde Lijst van Aardrijkskundige benamingen in de Noordoostpolder geeft: Ter plaatse deed een “vliegend fort” een noodlanding; herinnering aan de talrijke geallieerde vliegtuigen, die in de polder landden of daar wapens afwierpen
De naam Vliegtuigweg verwijst dus naar één vliegtuig en eert ze alle,
de naam Pilotenweg verwijst naar hun bemanningen, net als onderduikers en Polen levende (zij het helaas ook vaak gesneuvelde) wezens.
Note: In een eerste krantenbericht over de crash, heeft een journalist het over ‘de Zuiderringweg onder Emmeloord’. Dat kan natuurlijk niet. Latere berichten corrigeerde het enigszins naar de Zuidermiddenweg ten zuiden van Espel, maar het was allemaal slordig napraten. De Zuiderringweg ligt in het zuiden, bij Ens, (ringwegen) niet in het westen, bij Espel. Tot op de dag van vandaag werkt het ‘knip en plak’ werk nog steeds door. De Westerringweg, Zuidermiddenweg/Zuiderdwarspad liggen wel bij Espel.
Ten westen van Emmeloord houdt een aantal namen de herinnering levend aan de Tweede Wereldoorlog, en aan de rol die de pas drooggevallen polder in die tijd speelde. De vele onderduikers die hier waren (“Nederlands Onderduikers Paradijs) keren, figuurlijk, terug rond Emmeloord in ONDERDUIKERSWEG en ONDERDUIKERSTOCHT. PILOTENWEG, PILOTENTOCHT en PILOTENDWARSTOCHT zijn genoemd naar de geallieerde vliegeniers die na een noodlanding in de polder door de bevolking werden verborgen en verder geholpen.
Het gebied met de ‘oorlogsnamen loopt door ten zuiden van de Urkervaart, maar nu zijn het geen hele groepen (onderduikers, piloten) meer die vernoemd worden, maar individuele personen. Twee wegen horen (gedeeltelijk) bij Emmeloord: de HANNIE SCHAFTWEG en de KAREL DOORMANWEG, en ook de HANNIE SCHAFTTOCHT. De andere wegen horen bij Tollebeek en Nagele.
bron: Namen in de Noordoostpolder en artikel van Harrie Scholtmeijer in ‘Rondom Schokland’ 56e jaargang nr. 3)
AARDRIJKSKUNDE OPFRISSEN! Nieuwe namen in de Noordoostpolder
automatische tekstherkenning uit de krant
Algemeen Handelsblad 17 feb 1951
ZWOLLE, 16 Febr. — De directie van de Wieringermeer (Noordoostpolder-werken ) heeft meegedeeld, dat de aardrijkskundige namen in de Noordoostpolder thans officieel zijn vastgesteld. De namen der dorpen blijven zoals ze waren Emmeloord, Marknesse. Ens, Nagele, Espel, Rutlen, Luttelgeest, Kraggenburg, Tollebeek. Creil, Bant. Verscheidene wegen en tochten ondergingen naamsveranderingen. De nieuwe namen houden o.a. de herinnering aan de oorlogstijd levend. Aan enkele wegen ten Zuidoosten van de ‘ Urkervaart (Emmeloord-Urk* zijn namen van illegale werkers gegeven: het Ankerpad werd ‘ Hannie Schaftweg, de Stobbenweg Johannes Postweg, het Kapelspad Hans Stijkelweg. De evenwijdig aan de Urkervaart lopende Visseringweg, die deze wegen met elkaar verbindt, zal voortaan Karel Doormanweg ‘ heten. Het ten Zuidwesten lopende Kloosterpad is nu Prof. Brandsmaweg geworden. Aan de vele militaire vliegtuigen, die in oorlogstijd in de polder neerkwamen, herinnert de Vliegtuigweg. Een deel van de Zuiderringweg moest daarvoor zijn naam afstaan. Het tweede deel van deze Zuiderringweg heet nu Sloefweg, en een weg die tot nu toe Enserweg heette, heeft de naam Zuiderringweg overgenomen”. Een Pilotenweg is er ook. Deze naam heeft het nuchtere „Westerweg” verdrongen, waarmee een weg ten Westen van Emmeloord tot nu toe werd aangeduid. De onderduikers, die in bezettingstijd een schuilplaats en werk vonden in de polder, zijn evenmin vergeten. De lange weg, evenwijdig aan Espelervaart en Creilervaart, werd Onderduikersweg: het Lange Pad werd Onderduikerspad. De Hoekweg, tussen de werkkampen Rutten en Schoterbrug, werd Polenweg, het Hoekpad, ten Westen van het arbeiderskamp Rutten werd Wrakkenpad en herinnert aan de scheepswrakken, die tijdens de drooglegging en ontginning van de polder werden gevonden. Aan tochten, die evenwijdig aan of in de nabijheid van deze wegen lopen, zijn veelal dezelfde namen gegeven.
Vliegtuig

Foto en bron: www.hdekker.info
Foto en bron www.hdekker.info
Taylorcraft Auster AOP Mk
Registration:PH-NDB
Eigenaar: Luchtreclame Naarden
05.07.1950
Na het laden van nieuwe spuitstof vertrok de bestuurder voor zijn zevende sproeivlucht om de percelen 29-31 te besproeien. Teneinde een geïnteresseerde buitenstaander die hem tijdens het laden had aangesproken gelegenheid te geven om over de grond zich naar deze percelen te begeven, maakte hij eerst een paar “proefruns” over perceel 29.
Na de laatste run, op ongeveer 40 voet hoogte, zette de bestuurder een klimmende rechter bocht in, gevolgd door een korte bocht naar links.
Het vliegtuig gleed hierbij af en sloeg na nog ongeveer 180° gedraaid te zijn met de neus omlaag tegen de grond. Het stuitte in z’n geheel nog even omhoog en kwam in vrijwel normale stand tot stilstand, waarna het onmiddellijk geheel uitbrandde.
De bestuurder kwam om het leven.
Als oorzaak werd door de Raad een aantal samenwerkende factoren genoemd, er was teveel spuitstof geladen, de bestuurder was wat zwaarder dan aangenomen, het zwaartepunt lag iets te achterlijk.
Allemaal afzonderlijk, en ook tezamen, nog niet ernstig genoeg om een crash te veroorzaken, maar bovendien waren deze proefruns ook bedoeld als demonstratie en vermoedelijk heeft de bestuurder het bochtenwerk voor het aanvliegen van de volgende run iets te scherp uitgevoerd. Dit alles, gecombineerd met een nog geheel gevulde spuittank moet voldoende geweest zijn om in een, op die hoogte, niet corrigeerbare vliegstand te geraken.
Bestuurder: A.W. Hamming(┼).
Een monument in de polder
Hoe een Indische jachtvlieger de landbouwluchtvaart pionierde
Een monument in de polder Hoe een Indische jachtvlieger de landbouwluchtvaart pionierde.
Aan een eenzame, lange, rechte weg in de winderige Noordoostpolder staat een betonnen obelisk met een bronzen plaat erop geschroefd. Het monument is groot genoeg om op te vallen, maar het staat langs een weg waar je zonder goede reden nooit langs komt. Het was dan ook een klein artikeltje in een oude Avia Vliegwereld van 6 november 1952 dat ons de tip gaf over het bestaan ervan; het moest staan tussen Emmeloord en Espel. Op de kaart zagen we in die buurt een Pilotenweg en dat bleek niet toevallig. Want daar troffen we inderdaad een ca. drie meter hoge zuil aan, een monument ter nagedachtenis aan August Willem Hamming, landbouwvlieger.
Volgens de bronzen plaat die erop is bevestigd viel daar op 5 juli 1950 bij de vervulling van zijn taak de landbouwvlieger August Willem Hamming.
August (Guus) Willem Hamming was op 26 mei 1915 geboren in Klaten, bij Djokjakarta op Midden-Java in het toenmalig Nederlands Indië. Zijn vader was planter en die carrière koos Guus ook. Na het doorlopen van de H.B.S. (Hogere Burger School) ging hij naar Nederland en voltooide de Tropische Landbouwschool in Deventer. Terug in Indië duurde zijn carrière op de plantage niet lang, want in september 1938 moest hij voor zijn militaire dienstplicht opkomen bij de infanteri in Bandoeng. Rond die tijd vroeg de Militaire Luchtvaart (ML) van het KNIL (Koninklijk Nederlands Indisch Leger) leerling-vliegers en dat stond Guus beter aan.
Hij meldde zich in Bandoeng en kwam in de opleiding voor kortverband officiervlieger die op 1 juli 1939 begon.
In juli 1940 kreeg hij het G.M.B. (Groot Militair Brevet) en werd vaandrig. Even daarna moet er iets flink zijn misgegaan, want hij werd in augustus gedegradeerd tot ‘Europees soldaat kort verband vlieger’, wellicht een unieke rang bij de luchtmacht!!
Wat het vergrijp ook geweest mag zijn, Guus had er niet lang last van. Drie maanden later was hij alweer sergeant. In november haalde hij zijn waarnemersbrevet erbij en werd ingedeeld bij de 1e Afdeling Glenn Martin bommenwerpers op Andir.
In januari 1941 ging hij over naar de afdeling Curtiss Hawk jagers op Maospati en in juli was hij weer Vaandrig kort verband vlieger waarnemer.
Jachtvlieger op de Interceptor jager
Begin 1941 werden voor de ML KNIL 24 nieuwe Curtiss Wright CW-21B Interceptor jagers afgeleverd. Het waren slanke toestellen die over een fenomenale snelheid beschikten.
Deze prestaties kwamen door een lichte constructie en het weglaten van bepantsering en zelfdichtende tanks. Dit zou zich echter in de oorlog met Japan wreken, maar niemand die daar toen rekening mee hield. Guus Hamming prees zich gelukkig bij de Interceptors geplaatst te zijn. Van Andir verhuisde de afdeling naar Somplak bij Batavia, waar deze afdeling in tweeën werd gesplitst. Guus ging mee naar de 2e afdeling van Vliegtuiggroep IV die in Machoen (Oost Java) werd geplaatst. Daar woonden ook zijn ouders.
Oorlog
De weinig maanden die restten voor de Japanse aanval van december 1941 werden besteed aan het opvoeren van de gevechtskracht. Er was maar weinig gelegenheid om ons gedegen te oefenen in de luchtverdediging. Air-toair schieten op sleepdoelen werd maar een paar keer beoefend.
Op 8 december 1941brak de oorlog uit. De Interceptor afdeling werd opgesplitst en Vaandrig Hamming vloog naar Andir, waar hij de eerste weken als stand-by doorbracht.
Begin januari 1942 moest de ML luchtdekking geven voor een aantal grote konvooien op weg naar Singapore. Guus Hamming vloog met drie collega’s drie keer naar Sumatra.
Tijdens een dergelijke detachering op Palembang was er voor het eerst luchtalarm. Guus ging met zijn Interceptor samen met 26 andere jagers de lucht in, het bleek loos alarm.
Eind januari 1942 werd de Interceptor afdeling weer verenigd, nu op het marine vliegveld Perak als luchtverdediging voor de marine basis Soerabaja. Op 3 februari 1942 kwam de eerste grote luchtaanval op Oost Java. De Interceptors moesten de strijd aanbinden met dozijnen Japanse Zero-jagers. Guus Hamming was vrij van dienst en zat bij de kapper toen het luchtalarm klonk. Hij sprong op zijn motorfiets, reed naar Perak en ging in een reserve Interceptor zijn collega’s achterna. Hij kon zijn afdeling in de lucht niet vinden en landde met een beschadigd CW 21. Hij zelf was ongedeerd. De rest van de afdeling kwam er niet zo goed vanaf. Acht Interceptors gingen verloren, drie vliegers sneuvelden en anderen waren zwaar gewond. Twee dagen later was het weer raak, hierna waren er nog vijf Interceptors over. Hamming ging toen met een aantal van de vliegers naar Kali Djati om daar met nieuwe Hawker Hurricanes te gaan opereren. Moderne vliegtuigen maar door het ontbreken van de juiste radioapparatuur waren ze amper geschikt voor luchtverdediging.
De aanval op Japanners bij Rembang.
Op 20 februari 1942 kon Guus Hamming zijn bevordering als tweede luitenant vieren tijdens een luchtaanval op Kali Djati. De Hurricanes bleven aan de grond omdat de radio’s nog steeds niet werkten! Na vergeefse intercepties bij Bandoeng ging zeven overgebleven Hurricanes weer naar Oost Java, het geheime vliegveld Blimbing (Ngoro) waar ook Amerikaanse P-40’s waren
gestationeerd.
De Slag in de Javazee vond plaats en eindigde in een fi asco. Men voelde aan dat het einde snel zou komen. Toch werd op 1 maart 1942 ’s morgens vroeg een scheeraanval gedaan op landende Japanse troepen bij Rembang.
Negen Amerikaanse P-40’s vlogen voorop, gevolgd door Guus Hamming met zes collega’s in Hurricanes, terwijl vijf Brewsters Buffalo’s de formatie afsloten. De aanval was succesvol maar was slechts een druppel op een gloeiende plaat. De Japanners ontdekten de geheime basis en schoten de boel plat. Weer ging Hamming terug naar West Java. Op 9 december 1942 viel ook op Java het doek en zaten de ML’ers in de val. Iedereen moest zich overgeven voor krijgsgevangenschap, maar Guus Hamming ging op pad naar huis. Zich steeds verbergend kwam hij na twee weken bij zijn vrouw. Zijn aanwezigheid werd bekend en al snel kwamen de Japanners hem ophalen en kwam hij in de gevangenis terecht. Met een mooi verhaal dat hij de Spaanse, en dus neutrale, boer Hammingo was, kon Guus zich weer vrij pleiten. Hij wist een jaar uit handen van de Japanners te blijven. Op 23 maart 1943 werd hij gepakt en begon een lijdensweg van zware uitputtende arbeid in de Japanse kampen.
VJ-Day vond hem in Singapore, het duurde nog tien maanden voor hij op 13 mei 1946 per motorschip Tegelberg in Batavia arriveerde en zich weer meldde bij de ML.
Landbouwvlieger
Na een maand al verliet hij de militaire dienst met eervol ontslag ‘wegens ongeschiktheid’. Waarschijnlijk had de ‘ongeschiktheid’ te maken met zijn gezondheidstoestand. Immers tien maanden had hij in Singapore doorgebracht, waarschijnlijk een gevolg van de slechte omstandigheden in de Japanse kampen die hem een zware klap hadden toegebracht.
Hoe dan ook, hij kwam er snel weer bovenop en vertrok naar Nederland.
Bij het Ministerie van Landbouw kon hij een baan krijgen als landbouwvlieger. Voor Guus Hamming een ideale combinatie, zijn liefde voor het vliegen combineren met landbouw.
Zo werd Guus Hamming de eerste landbouwvlieger in Nederland!
De Noordoostpolder was gedurende de oorlog drooggevallen en moest geheel in cultuur gebracht worden. De uitgestrekte vlakten van zware, zuigende klei van het nieuwe land waren ideaal voor de landbouwvliegerij. Met een Auster voorzien van een spuitinstallatie voor insecticide maakte Guus Hamming vele vlieguren en vestigde een solide reputatie als vakman bij de agrariërs in de polder. Het was de tijd van de beruchte Coloradokevers, die met hun enorme vraatzucht voor aardappels bijna een nationale obsessie werd.
Hamming was een man die nadacht en innovatie nastreefde en hij had zijn zinnen gezet op landbouwspuiten met een helikopter, dat hem efficiënter en veiliger voorkwam. Dat ideaal heeft hij niet mogen beleven. Landbouwvliegen is een bezigheid die weinig marge voor vergissingen overlaat. Onverwachte remoustikken vlak bij de grond zie je niet aankomen, motorstoring betekent altijd een crash en dat overkwam ook Guus Hamming op 5 juli 1950 bij Espel.
In die tijd waren er nog geen vliegtuigen speciaal voor dit gevaarlijke werk. In een oude Auster had de vlieger weinig kans als de zaak tegen de grond sloeg. Guus Hamming overleefde het ongeval niet.

Hamming had zich in het pionierswereldje van de ‘kleine luchtvaart’ in Nederland veel vrienden verworven en er werd een comité gevormd onder leiding van de bekende Eelco Schuller om een monument op te richten ter ere van deze voorvechter van de landbouwluchtvaart. In oktober 1952 werd dit onthuld en overgedragen aan de Directie van de Noordoostpolder. (Directie van de Wieringermeer, afdeling Noordoostpolderwerken).
Oorspronkelijk waren op de zuil twee bronzen platen aangebracht, de ene die we in de aanhef van dit artikel al hebben vermeld, en een tweede met het opschrift ‘Aan de pioniers van de Nederlandse landbouwluchtvaart’. Deze laatste plaat is thans niet meer aanwezig en het is onbekend waar deze gebleven is.
Het bovenstaande artikel komt uit een onbekende publicatiebron. Het is hoogstwaarschijnlijk geschreven door Gerard Casius. Hij is een schrijver die veel over de Indische periode van het Nederlandse leger en luchtmacht geschreven heeft.
tekst uit krantenbericht via automatische herkenning :
Vliegtuig bij bestrijding van plantenziekte verongelukt Piloot omgekomen
Woensdagmiddag ongeveer kwart over twee Is, zoals reeds in een deel van onze vorige editie gemeld, in de Noordoostpolder bij de Zuider Ringweg, ten zuiden van Espel bij Emmeloord een Auster-vliegtuig, dat gebruikt werd bij de onkruidbestrijding uit de lucht, neergestort. De piloot A. W. Hamming, uit Den Haag, 35 jaar en vader van twee kinderen is om het leven gekomen.
De Auster, die eigendom was van de N.V. Luchtreclame te Naarden, vloog onmiddellijk in brand. Het toestel was speciaal voor het besproeien van onkruid ingericht. Een tragische bijzonderheid is dat vandaag de moeder van het slachtoffer met de Kota Inten als repatriërende uit Indonesië in Nederland is aangekomen. De heer Hamming was in dienst van het ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening en werkte voor de stichting Hefschroefvliegtuigen bij het onderzoek naar de gebruiksmogelijkheid van vliegtuigen ter bestrijding van ziekten en plagen in land- en tuin-bouw. Zoals bekend wordt dit onderzoek geleid door het instituut voor Plantenziektenkundig onderzoek te Wageningen. Op de kavel die besproeid werd stond koolzaad, dat door een schimmelziekte was aangetast. De heer Hamming heeft gewerkt als planter in Indonesië. In 1939 werd hij gemobiliseerd bij de militaire luchtvaart. Hij nam o.a. deel aan de grote luchtslag boven Surabaja in februari 1942. Hij stond bekend als een bekwaam vlieger.
tekst uit krantenbericht via automatische herkenning :
Noodlottig vliegtuigongeluk in de Noord-Oostpolder
Piloot, die kavel koolzaad tegen schimmelziekte besproeide, om het leven gekomen Bij Emmeloord in de Noord Oostpolder is gistermiddag, zoals wij in een gedeelte onzer vorige oplage nog met een enkel woord konden melden, een Auster-vliegtuig, dat bezig was een kavel koolzaad, dat door een schimmelziekte was aangetast, te besproeien verongelukt. Het toestel stortte neer bij de Zuiderringweg, even ten Zuiden van Espel. De piloot, de heer A. W. Hamming uit Den Haag is hierbij om het leven ge-
komen. Het slachtoffer was 35 jaar oud, gehuwd en vader van twee kinderen.
De heer Hamming was sinds 1 Juni 1947 in dienst van het Ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening en werkte voor de Stichting Hefschroefvliegtuigen bij het onderzoek naar de gebruiksmogelijkheden van vliegtuigen ter bestrijding van ziekten en plagen in land- en tuinbouw. Dit onderzoek wordt geleid door het Instituut voor Plantenziektekundig onderzoek te Wageningen.
Het verongelukte vliegtuig, dat eigendom was van de N. V. Luchtreclame te Naarden, vloog, na te zijn neergestort, onmiddellijk in brand. Het was speciaal voor het besproeien van onkruid ingericht.
Een tragische bijzonderheid bij dit ongeluk is, dat gisteravond de moeder van het slachtoffer met de Kota Inten als repatriërende uit Indonesië in Nederland is aangekomen.
De heer Hamming heeft n.l. lange tijd in Indonesië doorgebracht. Nadat hij de school voor tropische landbouw te Deventer had afgelopen, vertrok hij als planter naar Indonesië. In 1939 werd hij gemobiliseerd bij de militaire luchtvaart aldaar, waar hij ook zijn vliegopleiding kreeg. Toen Japan Nederlands-Indië aanviel, vloog hij verscheidene missies tegen de vijand. Zo deed hij mee aan de grote luchtslag boven Soerabaja in Februari 1942, waar van de 14 Nederlandse vliegtuigen er 11 werden neergeschoten. Twee dagen later werd zijn Curtiss Hawk op de grond vernield, doch in een Hurricane zette de heer
Hamming de strijd voort. Toen op 9 maart Ned.-Indië capituleerde, zat de heer Hamming op Het vliegveld Kali Djati. Hij wist zich aan onmiddellijke
gevangenneming te onttrekken en kwam 14 dagen later bij zijn vrouw aan. Spoedig werd hij echter door de Japanners gearresteerd, doch met veel
flair wist hij zich uit de gevangenis te praten. Een jaar lang hield hij zich daarna schuil op Midden-Java, doch tenslotte werd hij toch gepakt en naar een concentratiekamp overgebracht.
In Augustus 1945, na de capitulatie van Japan, werd hij in Singapore bevrijd en kort daarop keerde hij naar de militaire luchtvaart op Java terug.
In 1946 vertrok hij naar Nederland, waar hij in dienst trad bij het Ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening.
De Rijksluchtvaartdienst stelt een onderzoek in naar de oorzaak van dit noodlottig vliegtuigongeluk.
tekst uit krantenbericht via automatische herkenning :
Onkruidvliegtuig stort neer in N.O.P.
Vlieger gedood
Gistermiddag, omstreeks kwart over twee, is een vliegtuig, dat werd gebruikt bij de onkruidbestrijding uit de lucht bij de Zuider Ringweg even ten Zuiden van Espel in de Noordoostpolder neergestort
De heer A. W. Hamming, die het toestel bestuurde, werd gedood. HU was 35 jaar oud en laat een vrouw en twee kinderen achter. De heer Hamming was in dienst van het ministerie van Landbouw, Visserij en
Voedselvoorziening en werkte bij het onderzoek naar de mogelijkheid van gebruik van vliegtuigen bij de bestrijding van ziekten en plagen in land- en tuinbouw.
De heer Hamming was op 1 Juni in dienst van het ministerie gekomen.
Het vliegtuig was bezig een kavel te besproeien, waarop koolzaad stond, dat door een schimmelziekte was aangetast.
Het toestel, een Auster, dat eigendom was van de N.V. Luchtreclame te Naarden vloog, toen het de grond raakte, onmiddellijk in brand. Het was speciaal ingericht voor het besproeien van onkruid. De moeder van het slachtoffer is gisteravond juist met de Kota Inten uit Indonesië in Nederland aangekomen.
De heer Hamming werd in 1939 gemobiliseerd bij de militaire luchtvaart in Indonesië, waar hij zijn vliegopleiding kreeg. Tijdens de inval van Japan in
Nederlands-Indië maakte hij verscheidene vluchten, maar na de capitulatie werd hij gearresteerd. In Augustus 1945 werd hij te Singapore bevrijd en in 1946 keerde hij naar Neder land terug.
Uit het Gereformeerd gezinsblad / 08-07-1950
VLIEGTUIG IN NOORDOOSTPOLDER NEERGESTORT. Bestuurder kwam om het leven.
Woensdagmiddag omstreeks kwart over twee is een vliegtuig, dat werd gebruikt bij de onkruidbestrijding uit de lucht, bij de Zuider Ringweg even ten Zuiden van Espel in de Noordoostpolder neergestort. De heer A. W. Hamming, die het toestel bestuurde, werd gedood. Hij was 35 jaar oud en laat een vrouw en twee kinderen achter.
De heer Hamming was in dienst van het ministerie van landbouw, visserij en voedselvoorziening en werkte bij het onderzoek naar de mogelijkheid van gebruik van vliegtuigen bij de bestrijding van ziekten en plagen in landen tuinbouw. De heer Hamming was op 1 Juni in dienst van het ministerie gekomen.
Het vliegtuig was bezig een kavel te besproeien, waarop koolzaad stond, dat door een schimmelziekte was aangetast. Het toestel, een Auster, die eigendom was van de N.V. Luchtreclame te Naarden, vloog, toen het de grond raakte, onmiddellijk in brand. Het was speciaal ingericht voor het besproeien van onkruid. De moeder van het slachtoffer is Woensdagavond juist met de „Kota Inten” uit Indonesië in Nederland aangekomen. De heer Hamming werd in 1939 gemobiliseerd bij de militaire luchtvaart in Indonesië, waar hij zijn vliegopleiding kreeg. Tijdens de inval van Japan in Nederlands-Indië maakte hij verscheidene vluchten, maar na de capitulatie werd hij ‘ gearresteerd.
In Augustus 1945 werd hij te Singapore bevrijd en in 1946 keerde hij naar Nederland terug.
Tekst van het krantenartikel Heereveensche koerier. (OCR uit krant)
Geen geler geel dan de bloeiende koolzaadvelden.
Het koolzaad bloeide laat dit jaar, ongeveer drie of vier weken later dan normaal. Gewoonlijk kleuren de velden tegen het einde van April en is de pracht na de eerste week in Mei spoedig afgelopen. Maar de lange winter en het koude voorjaar heeft de groei van het koolzaad aanzienlijk vertraagd, zodat men dit jaar eerst tegen het einde van de Meimaand de grote gele vlakken in de overigens nog lege en kale bowtolonden kon ontdekken.
Hoewel er hier en daar wel een perceel is uitgevroren, is er, behalve de achterstand in tijd, weinig vorstschade aan de percelen op te merken en vooral in de Noord-Oostpolder is de stand van dit handelsgewas goed. In het Noorden van onze provincie zien de velden
er iets minder uit en is de stand hier en daar hol te noemen. In Friesland is er betrekkelijk weinig koolzaad uitgezaaid, belangrijk minder dan enige jare lang de gewoonte is geweest. In de Noordoostpolder daarentegen staan enorme velden te stralen in de zon en vullen een groot gedeelte van de Polder met die sterke honinggeur, het koolzaad eigen. Vooral Westelijk van Emmeloord, langs de Urkerweg en dan Noordwaarts, op naar Rutten en Espel zijn grote oppervlakten met dit gewas bedekt. Overal in deze grote percelen,
langs de randen, worden nog nieuwe boerderijen gebouwd en beginnen de werklieden de palen voor de funderingen zomaar in het bloeiende koolzaad te staan. Wonderlijke schoonheid Soms ‘is zon koolzaadkavel meer dan 60 HA groot en dit geweldige gele veld
is wonderlijk van schoonheid. Als de zon er over schijnt, is de harde gele kleur bijna niet aan de ogen te verdragen;
glijdt een schaduw van en wolk over het gewas, dan krijgt het geel een groenachtige tint en wordt veel zachter. Bij harde wind slaan lange gele golven tot de horizon; overal in de diepte, waar de planten doorbuigen, wordt een donker groen zichtbaar. Honderdduizenden insecten zwerven over de velden om voedsel te vergaren, maar bijenkasten worden hier niet meer neergezet: de bij de ziektebestrijding gebruikte middelen zijn dodelijk voor de honingbij.
Monument Er staan nog maar enkele monumenten in dit nieuwe land, dat op zichzelf al een monument van daadkracht en doorzettingsvermogen is. Maar een van de weinige gedenkstenen heeft onmiddellijk iets met het koolzaad uit te staan en staat op de plek, waar de eerste Nederlandse landbouwvlieger bij de uitoefening van zijn arbeid de dood vond.
Enkele jaren geleden, toen er bij de bestrijding van de koolzaad-glanskever bestuivingen vanuit een vliegtuig werden uitgevoerd, stortte het daarbij gebruikte toestel naar beneden en vond de bestuurder, de jeugdige Hendrik Willen Hamming de dood. Op een bronzen plaat is zijn naam op de gedenksteen aangebracht, terwijl een andere bronzen plaat met de afbeelding van een propeller, omgeven door korenaren het opschrift heeft: Aan de pioniers van de Nederlandse Landbouwluchtvaart.
Na die tijd heeft het koolzaad al weer jaren gebloeid en zijn er boven de koolzaad-, aardappelen en vlasvelden van ’t nieuwe land al weer verscheidene vluchten uitgevoerd. Maar de gedachtenis aan de vlieger Hamming blijft bewaard in de Polder.
Verslag van de website H. Dekker.
Luchtvaartarchief Herman Dekker
05.07.1950 PH-NDB Auster Mk.V # Noordoostpolder
Na het laden van nieuwe spuitstof vertrok de bestuurder voor zijn zevende sproeivlucht
om de percelen 29-31 te besproeien. Teneinde een geïnteresseerde buitenstaander die hem
tijdens het laden had aangesproken gelegenheid te geven om over de grond zich naar deze
percelen te begeven, maakte hij eerst een paar “proefruns” over perceel 29.
Na de laatste run, op ongeveer 40 voet hoogte, zette de bestuurder een klimmende rechter
bocht in, gevolgd door een korte bocht naar links.
Het vliegtuig gleed hierbij af en sloeg na nog ongeveer 180° gedraaid te zijn met de neus
omlaag tegen de grond. Het stuitte in z’n geheel nog even omhoog en kwam in vrijwel
normale stand tot stilstand, waarna het onmiddellijk geheel uitbrandde.
De bestuurder kwam om het leven.
Als oorzaak werd door de Raad een aantal samenwerkende factoren genoemd, er was teveel
spuitstof geladen, de bestuurder was wat zwaarder dan aangenomen, het zwaartepunt lag
iets te achterlijk.
Allemaal afzonderlijk, en ook tezamen, nog niet ernstig genoeg om een crash te
veroorzaken, maar bovendien waren deze proefruns ook bedoeld als demonstratie en
vermoedelijk heeft de bestuurder het bochtenwerk voor het aanvliegen van de volgende
run iets te scherp uitgevoerd. Dit alles, gecombineerd met een nog geheel gevulde
spuittank moet voldoende geweest zijn om in een, op die hoogte, niet corrigeerbare
vliegstand te geraken.
Bestuurder: A.W. Hamming(┼).








