Rijksmonumenten Noordoostpolder
bron : rijksmonumenten.nl
Gemaalcomplex Buma: Schutsluis/Lemstersluis
Weg En Waterwerk
Gemaalweg 25
8313PR Rutten (gemeente Noordoostpolder)
Flevoland
Bouwjaar: 1939-1941
Beschrijving van Gemaalcomplex Buma: Schutsluis/Lemstersluis
Inleiding De SCHUTSLUIS (Lemstersluis) behorende bij het gemaalcomplex ‘Buma’ werd gebouwd in 1939-1941 in opdracht van Rijkswaterstaat, Afdeling Rijksdienst IJsselmeerpolders (R.IJ.P.). De schutsluis maakt het voor de scheepvaart mogelijk het verschil in waterpeil van zo’n zes meter te overbruggen. Met de voorbereidende werkzaamheden aan het complex – de aanleg van een werkhaven met opslagterrein – werd al begonnen in 1936. Verantwoordelijk voor de constructie van het complex was de Dienst der Zuiderzeewerken afdeling Noordoostpolderwerken. Het betonwerk voor de onderbouw van de schutsluis werd uitgevoerd door de firma J. Haitsma uit Harlingen. Bij de kop van de sluis staan een bij de sluis behorend bedieningsgebouwtje voor de sluiswachter, een schotbalkenloods en een ijzeren constructie met stalen noodschuif, die in de jaren zeventig de schotbalken verving. Over de benedenhoofden van de toegangssluis kwam een in januari 1940 aanbestede, aan het eind van dat jaar gebouwde basculebrug. De over de sluis liggende verkeersbrug is een ijzeren basculebrug die werd gebouwd door de Constructiewerkplaats Hollandia (Krimpen a/d IJssel). De sluis kon worden gebruikt voor de scheepvaart vanaf 10 november 1940. De houten sluisdeuren zijn vernieuwd in 1983. Omschrijving De sluis heeft een rechte kolk met aan de noord-westelijke sluismond (Lemstergeulzijde) een bedieningsgebouwtje en een schotbalkenloods en over het zuid-oostelijke kolkdeel (Lemstervaartzijde) een beweegbare verkeersbrug.De rechte, uit gewapend beton opgetrokken kolkwanden, zijn verstevigd door middel van vertikale, ijzeren staven en zijn voorzien van ijzeren randen en staande houten stootpalen. Voor de sluismond aan de Lemstervaartzijde (het benedenhoofd) is tevens natuursteen (graniet) en baksteen gebruikt. De sluisdeuren (puntdeuren) aan het hogere bovenhoofd staan tussen het sluiswachtershuisje en de niet meer als zodanig in gebruik zijnde schotbalkenloods. Het hoogteverschil tussen de sluiskkolkkaden en de hoger staande bedieningsgebouwtjes en de brug over de sluis wordt overbrugd door trappen van beton en graniet. Aan weerszijden van de sluisdeuren (eveneens puntdeuren) in het benedenhoofd is de kolk iets verbreed en is naast beton ook baksteen en graniet gebruikt. De granieten hoekblokken aan deze sluismond zijn afgerond. De sluishoofden, de kaden en de brug zijn voorzien van uit buizen samengestelde hekken. De over de sluiskolk liggende verkeersbrug is een stalen basculebrug, die is voorzien van een geasfalteerd houten brugdek. Aan beide sluishoofden bevinden zich houten remmingwerken. Op het sluishoofd aan de polderkant staat een modern bedieningsgebouwtje. Deze valt buiten de bescherming. Waardering De schutsluis is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde. – De sluis heeft cultuurhistorische waarde omdat de bouw ervan het begin van de Noordoostpolder markeert en het tot de oudste nog bestaande bouwwerken in de Noordoostpolder behoort. De sluis is tevens van belang vanwege de plaats die deze inneemt in de technische en typologische ontwikkeling van de sluizen in Nederland. – De sluis heeft architectuurhistorische waarde vanwege de specifieke constructie en de karakteristieke, zuiver functionele vormgeving. – De sluis heeft ensemblewaarde vanwege de bijzondere visuele en functionele samenhang met de overige onderdelen van het complex en vanwege de specifieke locatie, waarmee de sluis onverbrekelijk is verbonden. – De sluis is van belang vanwege de herkenbaarheid en de gaafheid. (bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)
Architect: Dirk Roosenburg
Schuur voor de ijsvlet van Schokland
Deze houten schuur, sinds 2002 rijksmonument, is één van de oudste gebouwen op Schokland.
Het dateert uit de 19e eeuw en bood tijdens de eilandperiode onderdak aan de ijsloper van Schokland.
Wanneer tijdens strenge winters de Zuiderzee met een dik pak ijs was bedekt, kon met dit vaartuig contact met de vaste wal worden onderhouden.
De ijsloper of ijsvlet was een speciaal voor dit doel vervaardigde boot waaronder enkele glij-ijzers waren bevestigd.
Met behulp van touwen kon het gevaarte door een aantal mannen over het ijs worden getrokken.
Het behoeft geen uitleg dat het barre en vaak levensgevaarlijke tochten waren.