Het Dinah Might pad.
Er loopt een bijzonder schelpenpad
tussen Emmeloord en Schokland
Het Dinah Might pad
Een idyllisch schelpenpaadje met knotwilgen.
Het ontstaan van pad is een mooi verhaal.
Het verhaal begon met de Amerikaanse B-17 bommenwerper ‘Dinah Might’ die op 10 februari 1944 neerkwam langs wat later de Vliegtuigweg ging heten.
Drie bemanningsleden redden zich met hun parachute, de andere zeven maakten een succesvolle noodlanding in de blubber van de pas drooggevallen polder.
De voltallige bemanning overleefde destijds de noodlanding. Drie van de tien waren er daarvoor al met een parachute uitgesprongen.
De co-piloot was zo zwaar gewond, dat de Duitsers hem terug naar Amerika stuurden.
De anderen werden weggevoerd in krijgsgevangenschap.
Na vijftien maanden van ontberingen, werden ze in mei 1945 door het Tweede Britse Leger bevrijd.
Nieuwsgierige polderbewoners
Het vliegtuigwrak heeft nog tot 1948 in de Noordoostpolder gelegen. Er kwamen in de vier jaar dat het toestel op die plek heeft gelegen zoveel nieuwsgierige polderbewoners uit de richting Emmeloord langs de kavelsloot naar het vliegtuigwrak kijken, dat er een pad is ontstaan.
Dat pad is er na 1948 altijd gebleven maar het heeft nooit een naam gekregen.
Het is nu een schelpenpad dat de Nagelerweg, iets ten zuiden van Emmeloord, verbindt met de Vliegtuigweg, iets ten noorden van Schokland.
De Vliegtuigweg dankt zijn naam aan dit toestel, maar ook aan de Amerikaanse B-24 bommenwerper van piloot Joe Buland die vlakbij de haven van Oud Emmeloord, bij de noordpunt van Schokland neerstortte. Drie van de tien bemanningsleden verloren daarbij hun leven. De Vliegtuigweg zou oorspronkelijk Zuiderringweg heten.
Bemanningslid keert nog één keer terug
In mei 2009 bezocht de toen 84-jarige John Mosteller, één van de twee toen nog in leven zijnde bemanningsleden, voor het eerst sinds 1944 de locatie waar de ‘Dinah Might’ was neergestort.
Hij deed dit op uitnodiging van de familie Ter Voert, die hun boerderij naar het vliegtuig hadden vernoemd.
Mosteller had de eer de naam te mogen onthullen.
Pad krijgt eindelijk zijn naam.
Op vrijdag 30 oktober 2015 is het naamloze pad heropend met de nieuwe naam : Dinah Mightpad.
Noordoostpolder, 1944-1948
Op 10 februari 1944 maakte de B-17 Flying Fortress Dinah Might van piloot Thomas F. Sharpless een noodlanding op kavel J107, vlakbij de noordpunt van Schokland. Drie bemanningsleden waren eerder al met hun parachute uit het toestel gesprongen en bij Ossenzijl neergekomen. De andere zeven overleefden de noodlanding en werden vrijwel direct krijgsgevangen gemaakt. Het vliegtuigwrak werd al gauw een geliefde plek voor uitstapjes, vooral als familie van buiten de polder op bezoek kwam. Er kwamen zelfs zoveel bezoekers uit de richting van Emmeloord dat er een pad ontstond. In 1947 poseerde het kantoorpersoneel van de Directie van de Wieringermeer uit Zwolle op het wrak. In 1948 werd het vliegtuigwrak geborgen en kreeg de weg naast de kavel de toepasselijke naam Vliegtuigweg. In 2015 kreeg het eerder genoemde pad de naam: Dinah Mightpad.
Vliegtuigweg in Noordoostpolder: neergestorte Amerikaanse bommenwerper.
VLIEGTUIGGERONK
Vanaf 1943 nam het aantal vluchten van Engeland naar Duitsland snel toe. De geallieerden bombardeerden Duitse steden. ’s Nachts vlogen honderden vliegtuigen met een zwaar ronkend geluid over Nederland. Rond de 30 vliegtuigen kwamen in de Noordoostpolder neer. De Vliegtuigweg heeft er zelfs zijn naam aan te danken.
MISSIE NAAR BRAUNSCHWEIG
Op 8 april 1944 stijgen een groot aantal bommenwerpers van de 8th Air Force ronkend op van hun thuisbasis in Hardwick, Engeland. Hun opdracht is de luchtvaart industrie in Braunschweig in het noorden van Duitsland te bombarderen. Ook de B-24J Liberator met Luitenant Joe Buland als eerste piloot neemt deel aan deze missie.
STRAKKE FORMATIE
De vliegtuigen van de United States Army Air Forces vliegen in een strakke formatie, dicht op elkaar, de zogenaamde combat box. Tijdens de missie raakt de B-24J bommenwerper boven het doel beschadigd aan het bommenluik door afweergeschut.
DUITSE AANVAL
Op de terugweg worden de bommenwerpers aangevallen door eenmotorige Focke Wulf Fw 190 jachtvliegtuigen. Het beschadigde vliegtuig kan de overige vliegtuigen niet bijhouden en verlaat de box. De Duitse jagers komen frontaal op de Liberator af, wetend dat de neus van het vliegtuig de zwakste plek is. George Sloan, die het geschut in de neuskoepel bediend, overleefd het niet.
OVERLEVENDEN
Om 15.20 uur stort de B-24J ‘Old Hickory’ neer nabij Schokland. Morris La Verne en Trenton Tucker komen om bij de crash. Donald quemoeller, John Colwellen Joseph McDermott weten zich met hun parachute te redden. Ze worden vrijwel direct gearres teerd. Ook Joe Buland en zijn co-piloot ‘Bill’ Lansill en Gregorio Oliva weten veilig te landen, maar worden direct krijgsgevangen genomen.
Uiteindelijk wordt een half uur later de Fock Wulf Fw 190 van Karl-Heinz Willius neergeschoten door Amerikaanse jagers.
VLIEGTUIGWRAKKEN IN NEDERLAND
Gedurende de hele Tweede Wereldoorlog was het luchtruim boven Nederland het toneel van hevige lucht gevechten tussen Duitse en geallieerde vliegtuigen. Er zijn zo’n 6000 vliegtuigen neergestort! Het gaat daarbij om zowel geallieerde, dat wil zeggen Britse, Amerikaanse en Canadese vliegtuigen, als ook om Duitse vliegtuigen. De meeste gecrashte vliegtuigen zijn inmiddels geborgen. Maar nog altijd liggen er moge lijk zo’n 500 vliegtuigwrakken in de Nederlandse bodem en zijn er rond de 1050 vermiste bemanningsleden.
Veel nog niet geborgen wrakken liggen in de Wadden zee, het IJsselmeer of de Westerschelde. Het bergen van deze vliegtuigwrakken is moeilijk en kostbaar. In de geborgen vliegtuigwrakken bevinden zich vaak nog de stoffelijke resten van de bemanning. De wrakken gelden dan als graf, waarvan de grafrust gerespecteerd moet worden. (Bron: Teunis Schuurman)
1