Alle carillons in Flevoland
Een helder totaaloverzicht van alle carillons in Flevoland, overzichtelijk op één pagina.
Wat is een carillon
Beiaard, carillon en klokkenspel zijn drie benamingen voor dit instrument.
Het wordt bespeeld door een beiaardier.
Minimaal moet de beiaardier kunnen beschikken over 24 gegoten bronzen klokken.
Dat zijn 2 octaven.
Tegenwoordig geldt 48 klokken als standaardomvang. Dat zijn 4 octaven.
Gewoonlijk hangt een carillon in een toren.
De klokken worden vanaf een klavier (toetsenbord) bespeeld. Geen smalle toetsen zoals bij een piano, maar stevige stokken die met de vuisten bediend worden. Ze noemen dit daarom ook wel een stokkenklavier. Toch kunnen de huidige carillons vaak subtiel bespeeld worden.
De stokken van het klavier zijn met kabels verbonden met de klepel van de klok.
Om een voller muziekspel mogelijk te maken zijn er veelal ook pedalen gekoppeld aan dit stokkenklavier.
Het carillon kan op twee manieren worden bespeeld: handmatig en automatisch.
- Bij het handspel brengt de beiaardier de klokken met klepels, die via het stokkenklavier worden bespeeld, tot klinken. De beiaardier kan in zijn spel nuances en dynamiek aanbrengen (hard, zacht, snel, langzaam etc.) om de muziek levend te maken.
- Bij het automatisch bespelen stuurt een automaat (computer) de magneethamers aan, zodat een voorgeprogrammeerde melodie klinkt.
Net als een orgel of piano is het carillon chromatisch gestemd. Dat wil zeggen dat we ieder nootje omhoog een ‘halve toon’ noemen.
Alleen beiaarden van ten minste 23 à 24 klokken dan wel met een klokkenreeks die zich chromatisch of diatonisch uitstrekt over ten minste twee octaven, komen in aanmerking om carillon genoemd te mogen worden (dat wil zeggen twee chromatische octaven, zonder Cis en Dis in het laagste octaaf)
of met slechts 15 klokken dus diatonisch over twee octaven.
Diatonisch bevat slechts 7 noten, zodat je een muziekstuk niet in ieder willekeurige toonaard kan spelen. Mineur en majeur is wel mogelijk.
Chromatisch bevat alle twaalf de halve toonafstanden binnen een octaaf. Dus je kan ieder melodietje spelen in iedere gewenste toonaard.
Werking carillon
Alle klokken van het carillon, behalve de grote luidklok bovenin, zijn vast opgehangen.
Ze gaan dus niet heen en weer.
Aan de binnenkant van de klok zit een klepel die met een staalkabel verbonden is met het stokkenklavier van de beiaard.
Vaak zijn de kabels ook nog verbonden met een zogenaamde speelautomaat (computer) zodat ieder uur of ieder half uur een muziekje automatisch gespeeld kan worden.
Oorsprong woord ‘carillon’
In de jaren dat nog niet iedereen een klok of uurwerk bezat, was het op zekere tijd toch wenselijk dat burgers en buitenlui wisten hoe laat het was.
Zo kon je op tijd op het werk of je afspraak verschijnen.
Daarom verschenen er uurwerken in torens en hoge gebouwen.
Omdat die wijzers niet voor iedereen goed zichtbaar waren, werd met een bronzen luidklok op het hele uur het aantal uurslagen gegeven. Zo kon je ook hóren hoe laat het was.
Er was echter vaak verwarring. ‘Sloeg de klok net negen keer? Of toch tien keer? Heb ik de eerste slag misschien gemist?’
Om dat probleem te voorkomen werd met vier kleinere klokjes een kort melodietje gegeven zodat men wist: ‘opletten, hierna komen de uurslagen’.
Een soort voorslag, een aankondiging.
De beroemdste voorslag is de melodie van de Big Ben.
Het woord carillon is een verbastering van quadrillon. In dat woord is het getal vier te herkennen. Want het begon met vier klokken.
En zoals dat gaat….. als Amsterdam vier klokjes heeft, komt Den Haag opeens met zes klokjes. En dan Deventer met 12 klokjes, en dan …..
De Poldertoren heeft een carillon van 48 klokken.
(ai)
woord: beiaard
Het woord beiaard komt wellicht van het oudere woord beieren, waarmee bedoeld werd dat men verschillende klokken kon doen luiden door met riemen aan de klepels te trekken of er met hamers op te slaan (door een beierman).
Ook zijn er mensen die beweren dat het woord beieren is afgeleid van baaierd, een verouderd woord voor chaos of ‘de toestand van de aarde voor de schepping’.
De beiaardier M/V. is dan degene die in deze wirwar van klanken orde aan moet brengen
Luiden
Bij luiden zwaait men de klok heen en weer zodat de klepel afwisselend tegen de beide zijden van de klok slaat; dit in tegenstelling tot speelklokken in een beiaard die stil hangen en bespeeld worden.
Kleppen
Bij kleppen hangt de klok stil waarbij alleen de klepel wordt bewogen of men zwaait de klok heen en weer waarbij de klepel van de klok slechts aan één zijde slaat.
Beieren
Bij het beieren hangt de klok stil en beweegt men de klepel naar de klokwand toe totdat de klepel de klok raakt. Deze manier wordt gebruikt bij het bespelen van een beiaard (vandaar ook wellicht de herkomst van de naam beiaard), maar ook bij uitzonderlijke klokken.
- Emmeloord heeft het oudste carillon van Flevoland.
In 1959 werd dit instrument in de Poldertoren voor de eerste maal bespeeld. - Twintig jaar later, in 1979 volgde het carillon van Almere Haven.
- Lelystad kreeg in 1980 het derde carillon van Flevoland.
- In 1985 volgden Almere Stad
- en Almere Buiten.
- Zeewolde volgde in 1986 en
- Dronten sloot de rij (tot nu toe) in 1989.
- Vreemd dat Urk geen carillon heeft.