De Noordoostpolder viel in 1942 droog. Het in cultuur brengen kon beginnen
Dat waren net de jaren van de Tweede wereldoorlog waarin de Duitsers het hier voor het zeggen hadden.
Toch had de Duitse bezetter bijzonder veel interesse in dit Zuiderzeeproject, om verschillende redenen:
- Een stuk zee afdammen, het water wegpompen om vervolgens op die zeebodem te gaan wonen. Land maken uit zee.
Het was uniek, ongekend en revolutionair. Duitsland vond het prachtig. - Het zou een graanschuur van het Derde Rijk worden. In de lesboekjes op de Duitse scholen, waar de kaart van Europa er al heel overzichtelijk uit zag, was dit gedeelte al ingekleurd als de graanschuur in het westen van het Derde Rijk.
- En er zou in de polder een streng geselecteerde bevolking komen te wonen. Niet alleen een selectie uit alle delen van Nederland en ook niet alleen een precieze balans tussen protestants, katholiek en onkerkelijk, maar bovenal ‘de beste van de beste’ mensen. De crème de la crème. Een streng geselecteerde bevolking. Geen kneusjes maar alleen plaats voor moderne hard werkende energieke (Arische) menschen. Een superieur ras, ein Überras !
En dat sprak ze wel aan.
Dus de werkzaamheden werden gedoogd. Natuurlijk kon niet alles, maar er viel te onderhandelen.
De mannen aan de schop werden met rust gelaten. Zij hoefden niet, zoals alle andere mannen boven de achttien jaar te gaan werken in de Duitse oorlogsindustrie.
De zogenaamde arbeitseinzats.
Duistland kneep dus een oogje dicht. Ze wisten dat hier onderduikers zaten, maar omdat deze mannen toch uit alle windstreken van Nederland kwamen, was er vast geen sprake van georganiseerd verzetswerk.
Vanuit de ondergrondse verzetswereld van Nederland werd wel gewaarschuwd: “De Duitsers hoeven alleen maar het net op te halen en iedereen is gevangen. Kijk een beetje uit daar.”
Maar de Duitsers kwamen niet. Ze hadden een hekel aan dit gebied. Drassig, mistig, insecten, unheimlich !
Het duurde tot november 1944. De oorlog was aan het kantelen. De Duitse bezetters merkten dat de geallieerden steeds verder oprukten en kregen het benauwd.
En toen er gefluisterd werd over wapendroppings door de Engelsen in de Noordoostpolder ging het verkeerd.
Een razzia volgde. Veel arbeiders werden bij elkaar gedreven en via Vollenhove naar Duitsland vervoerd.
De meesten kwamen pas na de bevrijding – 5 mei 1945 – weer terug.
Er volgden meerdere razzia’s
7 augustus 1944
De ‘Arbeidscontroledienst’ houd een razzia.
Enkele honderden mannen worden opgepakt en naar de mergelgrotten van Limburg gestuurd om in de Duitse industrie te moeten werken.
In 1944 voerden de geallieerden zware bombardementen uit op Duitsland, met als doel de Duitse oorlogsindustrie lam te leggen. De Duitsers reageerden daarop door bomvrije werkplaatsen voor de Luftwaffe in te richten in De Bronsdaelgroeve, een mergelgrot nabij Valkenburg aan de Geul in Zuid-Limburg.. In feite ging het om een groot opgezette reparatiewerkplaats voor BMW-motoren voor bommenwerpers. De leiding bij de bouw had de zogenaamde Organisation Todt, een belangrijk militair bouwbedrijf van het Derde Rijk. Deze zette ter plekke veel dwangarbeiders in uit onder andere de Noordoostpolder die waren opgepakt bij deze razzia naar onderduikers. (wikipedia)
Dit heeft een uittocht uit de polder tot gevolg. ‘Als je toch ook hier niet meer veilig bent, dan heb ik ook geen zin meer in dat zware werk’.
Volgens de landdrost Smeding was het een vergissing. Het zou niet meer gebeuren.
9 augustus 1944
Een tweede razzia, nu geleid door een marine eenheid van de Duitsers.
Bij deze razzia komt Henk Bolt om het leven.
Ook dit maal worden de opgepakte polderwerkers naar de mergelgrotten van Limburg gestuurd.
17 november 1944
De grote razzia
Van 17 tot 19 november 1944 vindt een grote razzia plaats. Hoewel veel onderduikers weten te ontsnappen, neemt de bezetter honderden polderjongens gevangen. Zij worden alsnog gedwongen in Duitsland te werken.
Zo’n 4000 Duitsers hebben onder de persoonlijke leiding van SS-leider Rauter de polder leeggehaald. Personeel uit alle werkkampen moet in de kou en regen naar Meppel lopen, waar ze op de trein naar Duitsland zullen worden gezet. In totaal gaat het om bijna 2000 man.
18 november 1944
Razzia Urk
Tijdens deze razzia werden alle mannelijke inwoners tussen de zestien en zestig jaar bijeengedreven in de Wilhelminaschool. Ongeveer tachtig mannen werden opgepakt en gedeporteerd naar Duitsland. Zij hebben allen de oorlog overleefd.