Wie was Titus Brandsma
Titus Brandsma, afkomstig uit Friesland, heeft een diepgaande impact gehad op de katholieke gemeenschap. Niet alleen vanwege zijn intellectuele prestaties, maar ook vanwege zijn levenslange inzet voor geloof en rechtvaardigheid.
Op jonge leeftijd, slechts elf jaar oud, begint hij aan het gymnasium. In 1898 treedt hij toe tot de orde der Karmelieten, waar hij zich toelegt op studies in theologie en filosofie. In 1905 ontvangt hij de priesterwijding en vervolgt hij zijn academische pad in Rome, waar hij promoveert tot doctor in de wijsbegeerte.
Liefde voor mystiek en onderwijs
Na zijn terugkeer in Nederland doceert hij eerst in Oss en groeit hij vervolgens uit tot hoogleraar filosofie aan de Katholieke Universiteit in Nijmegen, tegenwoordig bekend als de Radboud Universiteit. Later bekleedt hij er ook de functie van rector magnificus. Hij heeft een bijzondere interesse in de spirituele tradities van de middeleeuwen, vooral de mystiek, maar weet zijn innerlijk geloofsleven te scheiden van zijn dagelijkse verantwoordelijkheden. Brandsma speelt daarnaast een actieve rol in tal van katholieke organisaties en publicaties – zijn invloed is breed zichtbaar in de katholieke pers van zijn tijd.
Tegenstander van onderdrukking
Zijn uitgesproken verzet tegen het nationaalsocialisme vormt een gevaar voor hemzelf. Reeds voor de Tweede Wereldoorlog waarschuwt hij publiekelijk voor de haatdragende ideologieën die in Duitsland terrein winnen. Tijdens de bezetting spreekt hij zich openlijk uit tegen de anti-joodse maatregelen van de nazi’s. Hij adviseert katholieke redacties geen ruimte te geven aan propaganda van de NSB of het nazi-regime. Dit leidt ertoe dat hij als vijandig en subversief wordt beschouwd door de Duitse autoriteiten.
Een pad van lijden
Begin 1942 wordt Brandsma gearresteerd. Hij belandt achtereenvolgens in het Oranjehotel in Scheveningen, kamp Amersfoort en de gevangenis in Kleef, voordat hij uiteindelijk wordt gedeporteerd naar concentratiekamp Dachau. Daar ondergaat hij zware mishandelingen. Op 26 juli 1942 wordt hij uiteindelijk door kampbewakers om het leven gebracht. Ooggetuigen melden dat hij zijn lot met kalmte, mededogen en moed droeg – zelfs jegens zijn beulen.
Moreel kompas tot het einde
Naar verluid toont één van zijn mishandelaars uiteindelijk berouw.
Na een langdurig en grondig onderzoek, dat bijna twee decennia in beslag neemt, wordt Brandsma op 3 november 1985 door paus Johannes Paulus II zalig verklaard vanwege zijn martelaarschap. Getuigenverklaringen, waaronder die van voormalige kampbewakers, zijn van cruciaal belang in dit proces.
Op 15 mei 2022 volgt zijn heiligverklaring door paus Franciscus. In de katholieke traditie is een wonder – vaak een onverklaarbare genezing – vereist voor deze stap, al roept dit soms scepsis op.