Oostenrijkse woningen

Prefab Houten Woningen in Nederland:
Een Duurzame erfenis van de Wederopbouw

Na de Tweede Wereldoorlog bevond Nederland zich in een situatie van woningnood, met een gebrek aan bouwmaterialen en vertraging in de particuliere woningbouw. Om aan de dringende behoefte te voldoen, deed de Nederlandse overheid een beroep op de Weense firma Thermobau GmbH voor de levering van geprefabriceerde houten woningen. Deze innovatieve Oostenrijkse prefab-woningen arriveerden per trein als bouwpakketten en konden in slechts enkele dagen worden opgebouwd. Dit was een praktische en efficiënte oplossing in een tijd van grote schaarste.

De Aanlevering van Prefab-Woningen: Een Oplossing voor de Woningnood

In 1948 vroeg het Ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting alle Nederlandse gemeenten om hun interesse kenbaar te maken voor de prefab-woningen. Dit resulteerde in de bouw van ongeveer achthonderd van deze woningen verspreid over het hele land, van Heerlen tot Leeuwarden. De transactie vond plaats zonder uitwisseling van geld; Nederland betaalde Oostenrijk met levensmiddelen vanwege het deviezentekort dat het land destijds had. Dit maakte het mogelijk om op een kostenefficiënte manier nieuwe woningen te realiseren in een tijd van wederopbouw.

Kenmerken van de Thermobau-Woningen: Duurzaam en Herkenbaar

De prefab-woningen uit Oostenrijk zijn gemakkelijk te herkennen aan hun houten constructie en karakteristieke rode zadeldak met een scherpe knik bij de gootlijn. Hoewel deze woningen oorspronkelijk werden ontworpen als noodwoningen met een levensduur van vijftig jaar, zijn veel van deze huizen nu nog steeds in uitstekende staat. Dankzij de toepassing van dubbel glas, aluminiumfolie en fijne vezelplaat als isolatiemateriaal, bieden ze verrassend energiezuinig en duurzaam wooncomfort.

De Heden van de Prefab-Woningen: Waar Zijn Ze Te Vinden?

Tegenwoordig staan er nog steeds veel van deze Oostenrijkse prefab-woningen door heel Nederland. In de Limburgse mijnstreek, bijvoorbeeld in Hoensbroek, Treebeek, Heerlen en Geleen, zijn veel van deze woningen te vinden. In Flevoland staan er ongeveer honderd in de gemeente Emmeloord. Een bijzonder voorbeeld is een groep van 25 woningen in Leeuwarden, die zelfs de status van gemeentelijk monument hebben gekregen vanwege hun historische waarde.

Conclusie: Duurzame Geschiedenis in de Wooncultuur

De prefab houten woningen van Thermobau GmbH zijn meer dan alleen een stuk Nederlandse geschiedenis. Ze vertegenwoordigen een periode van wederopbouw en innovatie na de oorlog. Ondanks hun oorsprong als tijdelijke oplossing, zijn deze woningen een duurzaam bewijs van hoe efficiënt en energiezuinig wonen zelfs in de jaren na de Tweede Wereldoorlog mogelijk was. Het behoud van deze woningen als monumenten toont de waarde van deze historische erfenis in de hedendaagse wooncultuur van Nederland.

(AI-SEO)

Pachterswoning : Oostenrijkse woning
(met Belgische barak)

72 stuks als boerderijwoning aan de zuid-oostkant van de polder
De overige woningen staan oa in  Emmeloord (12), Marknesse (6), Ens (6)

De houten noodschuren , gemaakt van oude Belgische legerbarakken, die slechts een korte levensduur hadden, zijn in de jaren 50 vervangen door de montageschuren van schokbeton.

Oostenrijkse woningen:

Omdat in het Nederland van kort na de oorlog (1948) een tekort aan hout , bouwmateriaal en capaciteit was,  zijn deze woningen door de toenmalige minister van Wederopbouw besteld bij een Oostenrijkse firma Thermohaus.
Vandaar de bij-naam ‘Oostenrijkse woningen.’

De huizen vallen op door hun rode zadeldak en de typerende knik bij de gootlijn.

Rond 1948 schreef het Ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting alle Nederlandse gemeentes aan met de vraag of deze deel wilden nemen aan dit project.
In elke gemeente die zich toen heeft opgegeven, staan één of meer Oostenrijkse woningen. Van Den Helder/Huisduinen tot aan Heerlen/Weert.

Nederland heeft in totaal ca. 800 exemplaren van deze woningen gekocht die verspreid staan door heel het land.
Ca. 100 stuks staan in onze gemeente.

Het verhaal gaat (!) dat door problemen met deviezen, deze opdracht deels met vis is betaald.
Het verhaal dat de woningen door Oostenrijk geschonken zijn als ‘wiedergutmachung’ is een broodje aap verhaal.

De overige woningen staan in Zwollerkerspel (4), Emmeloord (12), Marknesse (6), Ens (6) en de rest (ca. 74) bij boerderijen aan de zuid-oostlkant van de polder.

Boerderijwoningen

Oorspronkelijk stonden er geen betonnen schuren bij de Oostenrijkse woningen, maar houten noodschuren, gemaakt van oude Belgische legerbarakken, die slechts een korte levensduur hadden.
De noodschuren zijn in het begin van de jaren ’50 vervangen door de nog steeds in gebruik zijnde montageschuren van schokbeton.
Ook de Oostenrijkse woningen zijn gebouwd als noodonderkomen. Hoewel ze waren bedoeld als tijdelijke oplossing voor de woningnood voldeden ze en voldoen ze nog steeds goed, waardoor de meeste behouden zijn gebleven

Sommige ‘Oostenrijkse woningen’ zijn niet meer als zodanig herkenbaar.

OOSTENRIJKSE WONINGEN IN DE NOP
Aanzichten en plattegronden van de 72 Oostenrijkse woningen, gebouwd bij de eerste lichting pachters in 1947/1948.
Het zouden tijdelijke woningen worden. (circa 25 jaar)
En omdat het ook de kleine percelen betrof (20 tot 36 hectare) werden ze gebouwd met een houten noodschuur, een zogenaamde Belgische barak.

De originele schoorstenen waren geen succes, zowel qua trek als constructie.
Daarom hebben ze in de NOP voor een andere uitvoering gekozen.

Slechte kwaliteit ?

In eerste instantie ging de mare door Nederland dat de kwaliteit van deze woningen slecht was.
Maar er was ook nog veel onkundigheid bij de bouwers. Op enig moment is er een brief rondgestuurd over deze zaak :

Brief aan de Gemeente Zwollerkerspel waarin gesproken word over de aankoop van grond.
In de stad Zwolle had de rijksdienst eigen grond voor eventuele woningbouw, maar ze wilden geen bouwvergunning verlenen,
men vond de woningen te brandgevaarlijk aan de rand van de stad.
Daarom is men uitgeweken naar Zwollerkerspel waar deze woningen mooi landelijk gelegen zijn achter de begraafplaats.(Prov.. Archief Flevoland no.937-054-2)

Een brief aan de Minister van Verkeer en Waterstaat waarin toestemming word gevraagd om een perceel grond aan te kopen in de gemeente Zwollerkerspel om 4 Oostenrijkse woningen voor eigen ambtenaren te mogen plaatsen. Deze woningen staan er ook nog steeds zie foto. Opgeleverd: 22-11-1948. Buurtschap Bruggenhoek. Kostprijs per woning fl. 17704,25 (Prov. Archief Flevoland no 937-054-2)

Gem. monument

Nabij Kraggenburg staat een Oostenrijkse woning die op de gemeentelijke monumentenlijst staat.

De omschrijving is als volgt:

Neushoornweg 11, Kraggenburg
Postcode: 8317 PT
Complexnr.: FLV-R-806
Nr. complexonderdeel FLV-R-806a

OBJECTOMSCHRIJVING

Inleiding
In opdracht van de Directie van de Wieringermeer op kavel S84 gebouwde boerderij met montageschuur voor akkerbouw. De vrijstaande houten PACHTERSWONING van het type OW is gebouwd in 1949. Dergelijke houten woningen zijn in Nederland na de Tweede Wereldoorlog door het Ministerie van Wederopbouw als bouwpakketten uit Oostenrijk geïmporteerd. Van deze als ‘Oostenrijkse woningen’ bekend staande montagewoningen
werden er 96 toegewezen aan de NOP. De Directie van de Wieringermeer afdeling Noordoostpolderwerken plaatste ze in Emmeloord (12), Ens (6) , Marknesse (6) en bij een aantal boerderijen als tijdelijke woning, maar zijn nog steeds als zodanig in gebruik.
De betonnen montageschuur bij de woning is van het type PD3 en dateert van 1953.

Omschrijving

De Oostenrijkse woning is opgebouwd vanuit een rechthoekige plattegrond. De gevels zijn opgetrokken in bruin geteerde, staande planken boven een onderbouw van beton met een ijzeren bovenrand. De woning staat onder een met verbeterde Hollandse pannen (oranje) gedekt zadeldak met steile dakschilden met een flauwe zeeg en een gemetselde schoorsteen op de nok. Alle gevelopeningen zijn rechtgesloten en samengesteld uit wit geschilderd, met de gevels contrasterend houtwerk. Aan de oostelijke zijde van het zadeldak is in 1997 een dakkapel geplaatst die buiten de bescherming valt.

  • De zuidelijke kopgevel is voorzien van openslaande glasdeuren in de linker helft van de gevel en een brede zoldervensterpartij met een kruisraam aan weerszijden van een eveneens wit geschilderde middenstij 1.
  • In de evenwijdig aan de weg lopende westgevel staan twee relatief kleine vensters met openslaande kruisramen.
  • De kopgevel aan de noordkant bevat op de begane grond links van de voordeur twee kleine vensters met kruisraam en heeft op de zolderverdieping een venster als dat in de zuidgevel.
  • De oostgevel is door middel van een toegevoegd, buiten de bescherming vallend tussenlid verbonden met een houten schuurtje. Naast de (achter)deur naar het tussenlid is de oostgevel nog voorzien van het vrij kleine, originele keukenvenster.

Het huis heeft op de begane grond niet meer de oorspronkelijke ruimtendeling sinds de woonkamer en een kleinere nevenruimte samen zijn getrokken. Het inwendige van de woning is voor de bescherming van ondergeschikt belang.

Redengevende omschrijving
De pachterwoning is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde.

  • De pachterwoning is van cultuurhistorische waarde vanwege de plaats die deze inneemt in de ontwikkeling van de boerderijenbouw in Nederland en vanwege de typologie van dit bij de agrarische bebouwing van de Noordoostpolder behorende woonhuis.
  • De woning is van architectuurhistorisch belang vanwege de innovatieve waarde op bouwtechnisch gebied en vanwege het daarmee samenhangende materiaalgebruik.
  • De woning is tevens van belang vanwege de herkenbaarheid en de grote mate van gaafheid van het exterieur.
  • Het pand heeft bovendien ensemblewaarde als essentieel onderdeel van een agrarisch complex en als karakteristiek onderdeel van de bebouwing in de Noordoostpolder.

Gem. monument

Houten woonhuis van het type OW in Emmeloord

Woonhuis

Acacialaan 5, 7, 9, 11, 13

Berkenlaan 2, 4, 6, 8, 10, 11, 12

8302AK Emmeloord (gemeente Noordoostpolder)
Flevoland
Bouwjaar: 1948-1949

Beschrijving van Houten woonhuis van het type OW

Inleiding Houten WOONHUIS van het type OW, behorende bij het complex van vijf houten woonhuizen aan de Acacialaan, gebouwd in 1948. Deze als Oostenrijkse woningen bekende huizen zijn in 1948-1949 gebouwd in de Noordoostpolder voor de huisvesting van ambtenaren en als pachterswoning bij montageboerderijen. De door het Ministerie van Wederopbouw als bouwpakket uit Oostenrijk geïmporteerde woning is geplaatst door de Directie van de Wieringermeer afdeling Noordoostpolderwerken. Deze woning maakt onderdeel uit van een complex van vijf, oorspronkelijk als tijdelijk onderkomen bedoelde woningen aan de Acacialaan, die een ensemble vormen met zeven identieke montagewoningen aan de Berkenlaan. In 1963 heeft het huis nieuwe ramen en openslaande deuren gekregen. Verder is het pand in vrijwel ongewijzigde staat bewaard gebleven. Omschrijving De evenwijdig aan de straat staande Oostenrijkse woning is opgebouwd vanuit een rechthoekige plattegrond. Het grotendeels groen geschilderde huis staat met de langsgevel op de straat gericht. De gevels zijn opgetrokken in staande planken boven een onderbouw van beton. Het verdiepingloze huis staat onder een met oranje, verbeterde Hollandse pannen gedekt zadeldak met steile dakschilden, een flauwe zeeg en een gemetselde schoorsteen op de nok. Alle gevelopeningen zijn rechtgesloten en voorzien van wit en okergeel geschilderde, met de gevels contrasterende kozijnen en ramen. De oostelijke kopgevel is voorzien van openslaande glasdeuren en een zoldervenster met twee stel openslaande ramen. In de naar de straat gerichte zuidelijke langsgevel staan twee vensters met tweeruits ramen. De kopgevel aan de westkant bevat op de begane grond twee kleine vensters links van de deur. De zolderverdieping is voorzien van een vierruitsvenster met twee keer twee openslaande ramen als die in de andere kopgevel. De noordelijke langsgevel is voorzien van een vrij klein keukenvenster, rechts van een deur met kruisraam. De dakkapel in het noordelijke dakschild is toegevoegd in 1992, toen ook een interne verbouwing plaatsvond (o.a. badkamer). Het eveneens onder de bescherming vallende, dwars op en achter het huis staande rechthoekige schuurtje is opgetrokken in baksteen op een betonnen basis en staat onder een met oranje pannen gedekt zadeldak met flauwe zeeg. De langsgevels zijn voorzien van decoratief metselwerk aan de bovenrand. Waardering Het woonhuis behorende bij een complex van vijf houten huizen, is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische, de stedenbouwkundige en de architectuurhistorische waarde. – Het huis is van cultuurhistorische waarde vanwege het grote belang van dit type woonhuis voor de Wederopbouw van Nederland in het algemeen en voor de ontwikkeling van de Noordoostpolder in het bijzonder. – Het huis is van architectuurhistorisch belang vanwege de toegepaste bouwmethode en als vertegenwoordiger van een bijzonder type. – Er is tevens sprake van stedenbouwkundige en ensemblewaarde vanwege de sterke visuele en functionele samenhang tussen dit huis en de andere houten huizen aan de Acacialaan, die een eenheid vormen met de Oostenrijkse woningen aan de Berkenlaan. – Het pand is ook van belang vanwege de grote mate van gaafheid van het exterieur. (bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)

Kavelnummers en Schuurtypen bij Oostenrijkse woningen.

KavelHaSchuurSoort:SpantBouwjaar
J 100

6,0

E

Proefbedr.

P 100
Q 26

22,5

PD1

Dicht

5

1953

Q 27

23,0

PD1

Dicht

5

1953

Q 28

22,0

PD1

Dicht

5

1953

Q 31

22,5

PD1

Dicht

5

1954

Q 83

35,0

PD3

Dicht

7

1953

“Dintelhof”
Q 84

35,5

PD3

Dicht

7

1953

Q 85

23,5

PD1

Dicht

5

1953

Q 86

23,5

PD1

Dicht

5

1953

Q 87

22,5

PD2

Dicht

6

1953

Q 90

23,0

PD1

Dicht

5

1953

Q 91

22,5

PD1

Dicht

5

1953

Q 92

22,0

PD1

Dicht

5

1953

Q 99

35,5

PD3

Dicht

7

1953

“De Baronie”
Q101

35,5

PD3

Dicht

7

1953

Q111

23,5

PD2

Dicht

6

1953

Q112

24,0

PD1

Dicht

5

1953

Q113

24,0

PD1

Dicht

5

1954

Q121

32,0

PE11

1/6 Gem.

5

1953

Q124

29,0

PE11

1/6 Gem.

5

1953

R 16

23,0

PC1

4

1954

R 23

23,5

PC1

4

1954

R 32

23,5

PC1

4

1954

R 33

24,0

PC1

4

1954

R 54

24,0

PC1

4

1954

R 55

24,0

PC1

4

1954

R 56

23,5

PC1

1/6 Gem.

4

1954

*
R 62

22,5

PC1

4

1954

“Mare Clausum”
R 69

24,0

PC1

4

1954

R 70

24,0

PC1

4

1954

R 71

24,0

PC1

4

1954

“Langendam”
R 72

24,0

PC1

4

1954

S13

24,0

PC1

4

1954

S 43

23,0

PC1

4

1954

S 52

26,5

PC1

4

1954

S 59

23,0

PC1

4

1954

S 60

23,0

PC1

4

1954

S 61

23,0

PC1

1/6 Gem.

4

1954

*“Nij Lan”
S 74

23,5

PC1

1/6 Gem.

4

1953

*
S 75

23,5

PC1

3/6 Gem.

4

1953

*
S 76

23,5

PD7

3/6 Gem.

5

1952

S 78

24,0

PD8

2/6 Gem.

6

1952

S 84

23,5

PC1

1/6 Gem.

4

1953

*
S 85

23,5

PC1

1/6 Gem.

4

1953

*
S 91

25,5

PC1

1/6 Gem.

4

1954

*
S 92

24,0

PF4

1/6 Gem.

5

1956

S 98

24,0

PD7

1/6 Gem.

5

1952

T 01

23,0

PD2

Dicht

6

1954

T 04

24,0

PD2

Dicht

6

1953

“De Hondsrug” ???
T 05

24,0

PD1

Dicht

5

1953

T 61

16,0

Hb

Dwarsstal

1952

2/6 Gem.
T 62

13,0

Ha

Dwarsstal

1952

3/6 Gem.
T 63

9,5

Hd

Dwarsstal

1952

4/6 Gem.
T 77

24,0

PD1

Dicht

5

1953

T 97

30,0

PD2

Dicht

6

1954

“De Devel”
T100

24,0

PD1

Dicht

5

1954

T104

29,5

PD2

Dicht

6

1954

T105

30,0

PD2

Dicht

6

1954

T108

32,0

PD2

Dicht

6

1954

T109

32,5

PD2

Dicht

6

1954

T110

33,0

PD3

Dicht

6

1954

T111

33,0

PD3

Dicht

6

1954

T114

33,5

PD4

Dicht

8

1954

T115

33,5

PD4

Dicht

8

1954

T116

32,5

PE13

1/6 Gem.

6

1952

T117

35,0

sel

1/6 Gem.

1952

“Zeeoogst” (Proef met losse stallen?)
T118

34,0

PE13

1/6 Gem.

6

1952

“Eensgezindheid”
T120

34,5

PE13

1/6 Gem.

6

1952

T121

24,0

PD9

3/6 Gem.

6

1952

T127z

30,0

PE11

1/6 Gem.

5

1952

T128

21,0

PD7

1/6 Gem.

5

1952

* Bedrijven gemerkt met een sterretje zijn in 1947 uitgegeven met een grasland verplichting en een Belgische barak maar begin 50er jaren toen er een Betonschuur moest komen had de minister van Landbouw Dhr. Mansholt het credo “Graan voor melk” en daardoor is er op enkele bedrijven de graslandverplichting vervallen.

Bron Kees Bolle