Het pand is eigendom van De Roos en is gevestigd aan de haven van Urk. Hiernaast was vroeger de scheepswerf van de gebroeders Roos gevestigd.
Tegenwoordig is het de Bed & Breakfast van Alberdina Hakvoort.
Alberdina is vernoemd naar haar oma Alberdina Roos. Haar overgrootvader was mede-eigenaar van de werf. Vandaar dat zij koos voor de naam : Bed & Breakfast De Roos .
Dit pand is herbouwd op de vroegere werkboet van de gebroeders Roos.
De werf ernaast is verdwenen en dient nu als parkeertrein.
Op Urk ging de ontwikkeling van de scheepswerven, drie in totaal, samen met de uitbouw van de haven.
Na de eerste fase daarvan, voltooid i 1826, werd tevens de scheepswerf van ‘ De Roosies’ , zoals de gebroeders op Urk werden genoemd, als eerste uitgegraven.
De werf, in het Urks dialect ” ellege” werd voltooid in 1840. Het optrekken van de schepen geschiedde met een paard, maar ook wel met behulp van mankracht: 7 a 8 man waren er nodig. In 1917 werd op de wef een motorlier geplaatst.
In de werkboet werden vroeger de Urker vissersschepen gebouwd, voornamelijk botters. Er werden bij de bouw geen tekening gebruikt, alles ging met mallen en ‘ op het oog ‘. Dat vereiste veel vakmanschap, voornamelijk als men bedenkt dat alles handwerk was. Zelfs een elektrische zaag ontbrak. Met de komst van de ijzeren schepen verloor de werf haar functie. De laatste werfbaas, Jan Roos, staakte zijn werkzaamheden toen hij 75 was.
Wat is een ijsvlet
In de tijd voor Urk met de wal verbonden werd in 1939 door een dijk naar Lemmer, was het een eiland in de Zuiderzee en later IJsselmeer. De verbinding met de wal werd toen onderhouden door veerboten naar Kampen en Enkhuizen. Maar in de winter als de zee was dichtgevroren kon er geen veerboot uitvaren. Uitkomst bood toen de IJsvlet. Dit is een houten boot met een mast een zeiltje en roeispanen. Tot zover niets bijzonders maar aan de onderkant zitten ijzeren glijders bevestigd. Een soort van schaatsen dus waarmee de boot over het ijs kan glijden. Soms met behulp van zeil en wind maar vaker nog doordat de bemanning, meestal bestaande uit 10 personen, de boot voort trok of duwde. Hiervoor is de boot uitgerust met een katrol met touw om te trekken maar ook met pikhaken om grip op het ijs te krijgen.
Op deze manier werd in noodgevallen het vervoer over de ijsvlakte naar Kampen of Schokland geregeld. Hierbij moet je denken aan het halen van post en medicijnen, het wegbrengen van zieken, vrouwen in barensnood, het ophalen van elders overleden Urkers. Kortom het waren zeker geen pleziertochtjes, zoals het ijszeilen op de Gouwzee tegenwoordig als het vriest. Ook werd de vlet gebruikt om mensen van in het ijs gestrande schepen rond Urk te redden.
De tien bemanningsleden werden ijslopers genoemd omdat er vaker gelopen dan gevaren en gezeild moest worden.
In 1940 werd de laatste tocht met de ijsvlet ondernomen. Als eerbetoon aan de bemanning heeft de Urker Piet Brouwer in opdracht van het gemeentebestuur een kunstwerk ontworpen. De vlet met de bemanningsleden uitgevoerd in brons op de helft van de ware grootte is op flagstones geplaatst, die de ijsschotsen moeten voorstellen. Het beeld werd in april 1994 onthuld door Minister Maij- Weggen samen met twee weduwen van oud ijslopers de dames K. Bakker en E. Wakker.
Over de kunstenaar
Piet Brouwer (geboren in 21 mei 1933) woont op Urk en was van 1961 tot 1992 werkzaam als directeur van Piet Brouwer Elektrotechniek.
Vanaf 1994 tot op heden is hij actief als amateur-kunstenaar.
Hij heeft diverse kunstwerken gemaakt, waaronder de IJsvlet en de Vroemoer.
Die kunstwerken zijn beeldbepalende monumenten op Urk geworden.
Andere werken van Piet Brouwer in de Noordoostpolder:
Ook Schokland had een ijsvlet en schuur. Link
Plaats een reactie (naam E-mail en Site niet verplicht)
Meepraten?Draag gerust bij!